Dankjewel, beste klant, dat je dit schreef voor mij!
Liefs, Ilse
25 september 2021
Waarom zou je tussen de 450 en 750 euro betalen voor een analyse die je op het eerste gezicht ook door een computer kunt laten uitvoeren? Je hoeft immers maar een vragenlijst in te vullen en een algoritme vertaalt je antwoorden naar een overzichtelijk lijstje met zaken die je energie opleveren (en die je dus meer zouden moeten doen) en zaken die je energie kosten (en die je dus zou moeten vermijden).
Toch?
Helaas.
Zeggen dat je hele KernTalentenprofiel niet meer is dan een oplijsting van je afzonderlijke KernTalenten is ongeveer even accuraat als besluiten dat de combinatie ’vinnen – ogen – water – staart’ altijd ’vis’ oplevert.
In een groot deel van de gevallen klopt dat inderdaad.
Maar als jij een KernTalentenanalyse overweegt, is dat niet zelden omdat er in je studie- of loopbaancontext iets scheef loopt dat bij anderen wel recht lijkt te lopen. Dan is de kans dus reëel dat de combinatie ’vinnen – ogen – water – staart’ bij jou niet wijst op ’vis’, maar bijvoorbeeld op ’walvis’. Een dier dat er uitziet als een vis, maar eigenlijk totaal geen vis is.
Nu denkt u misschien: ’Nou én? Ze zwemmen toch allebei vrolijk in zee; wat maakt het nu uit dat de één een vis is en de ander een walvis?’
Dat maakt niets uit zolang ze allebei los van elkaar ongestoord in zee kunnen zwemmen – het maakt alles uit van zodra ze moeten samenwerken.
Als jij als walvis een onderwaterbijeenkomst moet bijwonen waar iedereen twee uur onafgebroken op z’n zandstoel moet blijven zitten, dan kun je alvast je testament beginnen opmaken.
Een gewone vis heeft immers kieuwen, waardoor hij probleemloos uren aan een stuk onder water kan blijven. Jij, de walvis, bent een zeezoogdier dat om de zoveel tijd naar het oppervlak moet zwemmen om lucht bij te tanken.
Als je echter niet weet dat je geen gewone vis bent, zal je uit alle macht proberen je adem in te houden om minuut 120 toch maar te halen. Vaak doe je dat niet eens bewust: je ziet gewoon dat alle andere vissen rondom je geen ademhalingsproblemen hebben en gaat er dus van uit dat zij zonder meer drie uur aan een stuk hun adem kunnen inhouden. Misschien zelfs langer. Je weet het eigenlijk niet, want je hebt nooit aan de andere vissen durven vragen hoe zij dat doen: drie uur hun adem inhouden zonder bijna flauw te vallen.
Het antwoord is overigens heel eenvoudig: niet. De andere vissen houden hun adem niet in, zij ademen gewoon door. Maar dat weet jij niet. Net zomin als de andere vissen weten dat jij aan het stikken bent.
Gelukkig zijn er gediplomeerde biologen die geen genoegen nemen met ’op het eerste gezicht’, maar veel langer en veel dieper kijken: naar hoe eigenschappen, in dit geval kerntalenten, samenhangen en patronen vormen. Die analyseren hoe jij in elkaar zit en daardoor het schijnbaar onverklaarbare kunnen verklaren: waarom je doodziek wordt van een omgeving waarin je je letterlijk als een vis in het water had moeten voelen.
Deze walvis kan alvast bevestigen dat ze zich door de analyse van Ilse net op tijd uit de vergaderruimte heeft weten te evacueren, om naar het wateroppervlak te spurten en daar de broodnodige zuurstof bij te tanken.
Het allerstrafste is dat dat nog niet eens door de KernTalentenanalyse zelf kwam, maar door een ’aanvullende opmerking’ in het verslag. Met een bijna griezelige precisie wist Ilse de vinger te leggen op die ene cruciale redeneerfout waar tientallen psychologen en psychiaters stuk voor stuk overgekeken hadden. Het betekende het begin van het einde van een jarenlange lijdensweg.
Dus als u mij vraagt: ’Kost zo’n analyse veel?’, dan zeg ik. ’Ja.’
Maar ik voeg er meteen aan toe: ’Maar u kunt niet geloven hoeveel tijd, geld en miserie je ermee uitspaart.’
A. Senden